Just another WordPress.com weblog


1 reactie

Ode aan Odent & de vaccinatie-discussie

Er is een buitengewoon belangrijk gegeven dat in de hele discussie over vaccinaties voortdurend buiten beeld blijft. Een wetenschappelijke ontwikkeling die in de hele discussie niet vergeten mág worden.

Hiervoor ga ik eerst terug naar een dun maar zeer belangwekkend boekje dat ik jaren geleden heb aangeschaft naar aanleiding van mijn speurtocht naar de gevolgen van het gebruik van synthetisch oxytocine als weeënopwekker. Het betreft het boekje “Childbirth in the age of plastics” van de in Londen woonachtige Franse arts Michel Odent, specialist op het gebied van verloskunde en een arts die z’n sporen ruimschoots verdiend heeft in het vakgebied. Er is veel informatie (https://www.facebook.com/michelodent/) over hem en zijn werk te vinden.

Hij is degene geweest die me op het spoor heeft gezet van het baanbrekende werk van prof. G. Csaba en zijn onderzoeksgroep inzake de levenslange gevolgen voor de baby wanneer de geboorte wordt opgewekt met synthetisch oxytocine: “oxytocin-induced desensitization of oxytocin receptors” (door oxytocine veroorzaakte resistentie van oxytocine receptoren).

Michel Odent behandelt in dit boekje allerlei ontwikkelingen in zijn vakgebied in relatie tot een belangrijk onderzoeksgebied, de ‘epigenetica‘. Ontwikkelingen die verstrekkende invloeden kunnen hebben op de gezondheid van een individu en in bepaalde gevallen zelfs doorgegeven kunnen worden in de generaties terwijl het niet gaat om erfelijke informatie die vast ligt in het DNA (transgenerational imprinting). Zo beschrijft hij de in zijn ogen dramatische gevolgen van de overstap in de geneeskunde van het gebruik van glas naar plastic, vandaar ook de titel van het boekje. Ter illustratie, het plastic waaruit infuuszakken bestaan, bevat een enorm hoog gehalte aan zogenaamde ‘weekmakers’. Plastic weekmakers zijn een beruchte groep chemicaliën die een oestrogeenachtige structuur hebben (daarom ook wel onder de noemer xeno-oestrogenen geschaard) en die een blijvende verstoring van de receptorgevoeligheid voor het lichaamseigen oestrogeen kunnen veroorzaken. Dit proces noemen we ‘imprinting’.

In dit kader schrijft Odent (pag. 17): “We are learning that the time of exposure to an environmental factor responsible for this proces of ‘epigenetic modulation’ may be more important than the nature of the environmental factor.” En even verderop: “Today the most important questions are in terms of timing. We need tools to identify the critical periods for epigenetic modulation.”

Gebaseeerd  op zijn talloze eigen observaties en het al eerder genoemde baanbrekende werk van Csaba c.s. komt Michel Odent tot de formulering in 1986 van zijn ‘Primal Health’ concept (pag. 16): “This is how in 1986, in Primal Health, I presented theoretical reasons to suggest that our health and personality traits are to a great extend shaped during the ‘primal period’, which is the period of formation of human beings during which our basic adapting systems, those involved in what we commonly call health, are reaching their maturity. I included in the primal period fetal life, the period surrounding birth, and the year following birth.” Ik wil graag even uw extra aandacht vragen voor de aanduiding “health and personality traits” in het bovenstaande citaat. Het gaat hier over ‘gezondheids- en persoonlijkheidskenmerken’. De rol van imprinting bij psychische klachten en persoonlijkheidsstoornissen is een onderwerp op zich, maar mag in dit verband niet vergeten worden. Daarover mogelijk later meer.

Prof. Csaba noemt het bestaan van zogenaamde kritische perioden in verband met het proces van ‘imprinting’. Hij benadrukt de enorme invloed van de perinatale periode op de gezondheid gedurende de rest van het leven. In zijn wetenschappelijke publicaties, en die van vele anderen, komt dit gegeven veelvuldig naar voren. Maar het proces van ‘imprinting’ blijkt bepaalt niet beperkt tot deze periode. Inzake ‘hormonal imprinting schijft Csaba: “Faulty hormonal imprinting could also be provoked later in life in continuously dividing cells and in the brain.” Onder ‘Faulty hormonal imprinting’ verstaat hij het verstorende effect (faulty = defect) op hormoonreceptoren door contact met hormoonachtige stoffen (zoals de genoemde plastic weekmakers, maar ook bepaalde pesticiden etc.) synthetische medicijnen (DES, De Pil, sythetische corticosteroïden e.d.) of milieuvervuilende stoffen die de eigenschap hebben dat ze ook aan bepaalde receptoren in het lichaam aanhechten. Steeds weer wordt door Csaba benadrukt dat de gevolgen ‘lifelong’ zijn. Zonder gerichte interventie zijn de gevolgen levenslang.

Het is wellicht een wat ingewikkeld verhaal geworden tot dusver voor wie niet vertrouwd is met de materie. Samenvattend daarom: op wetenschappelijke gronden kan gesteld worden dat de perinatale periode (de periode tussen conceptie en geboorte en het eerste levensjaar) zéér bepalend zijn voor de gezondheid gedurende de rest van het leven. Sterker nog, in bepaalde gevallen kunnen de gevolgen overgedragen worden aan het nageslacht (in dit verband verwijst Csaba o.a. naar het DES drama: ‘DES-dochters’).

En uitgerekend in déze periode worden onze kinderen gevaccineerd. Even los van een discussie over het fenomeen van actieve immunisatie en de wijze waarop dit gebeurt of zou kunnen gebeuren, dient er veel meer aandacht te komen voor de periode waarín dit plaats vindt. In de periode namelijk waarvan we inmiddels weten dat het de meest kwetsbare periode is voor het bepalen van de gezondheid voor het hele verdere leven van het kind.

De in Australië woonachtige Jan Roberts vraagt al jarenlang aandacht voor het enorme belang van bewustwording op het vlak van zwangerschap, geboorte en zuigelingenzorg in relatie tot gezondheid vanuit de terechte overtuiging dat daar de basis ligt voor een gezondere generatie.

“BABIES CAN SURVIVE ONLY IF HUMAN BEINGS TAKE CARE OF THEM”

Michel Odent


Een reactie plaatsen

De eeuw van de plastics

Het is algemeen bekend dat allerlei technologische ontwikkelingen in de afgelopen eeuw duizelingwekkende vormen hebben aangenomen. En het eind lijkt nog niet in zicht. Tal van ontwikkelingen hebben het leven gemakkelijker gemaakt. Van veel andere ontwikkelingen kan met recht de vraag gesteld worden of ze echt in het belang van de mensheid zijn. Ook zijn er zaken waarvan bij oppervlakkige beschouwing doorgaans alleen de nuttige kant wordt gezien, terwijl er ook een bijzonder schadelijke kant is.

Binnen die laatste categorie valt de ontdekking en het gebruik van plastics. Het gebruik van plastics in onze leefwereld mag gerust een revolutie genoemd worden, in elk geval voor wat betreft de veelheid toepassingen in onze tijd. Was vroeger glas een veel gebruikt verpakkingsmateriaal, tegenwoordig is dat in verreweg de meeste gevallen vervangen door plastic. Hierover worden al geruime tijd allerlei zorgen geuit door de milieubewegingen, en terecht. Maar nu wil ik het over een ander aspect van het grenzeloze gebruik ervan hebben. Het gebruik van plastics binnen de geneeskunde. Een gebruik waar de bekende Londense gynaecoloog Dr. Michel Odent een even spraakmakend als schokkend boekje over geschreven heeft: ”Childbirth in the age of plastics” (Bevallingen in de eeuw van de plastics).

Wie al wat langer op deze aardbol rondloopt, herinnert zich wellicht nog de glazen infuusflessen in de ziekenhuizen. Het is allemaal verdwenen en vervangen door plastics. Vloeistoffen worden toegediend via plastic slangen en komen uit uiterst soepel aanvoelende plastic infuuszakken. Ogenschijnlijk geen onderwerp om aandacht aan te besteden anders dan de beschouwing van vooruitgang en ontwikkeling, ook daar.

Michel Odent denkt daar evenwel heel anders over, en ik met hem. Om plastics soepel, transparant en duurzaam te maken worden er chemische verbindingen aan toegevoegd die we aanduiden als ’weekmakers’ of ftalaten (zoals BPA). En soepel zijn ze die infuuszakken, ze voelen aan als textiel. Geen wonder; weekmakers kunnen wel tot 40-50% van deze plastics uitmaken. En deze weekmakers blijven daar niet zitten. Ze gaan ten dele ook over in de oplossing. Ook mineraalwater of andere dranken in plastic PET flessen bevatten deze opgeloste weekmakers.

De weekmakers komen via de infuusvloeistof bij de zwangere vrouw terecht, om ons even tot die doelgroep te beperken, en via de moeder ook bij het ongeboren kind. En tot overmaat van ramp zijn kinderen in deze fase van hun jonge leven buitengewoon gevoelig voor de invloed van schadelijke stoffen.

Onderzoek heeft aangetoond dat dit nadelige effecten kan hebben, zoals verminderd IQ of chronische ontstekingen. Blootstelling aan deze stoffen, die ook wel xeno-oestrogenen worden genoemd, kan ook een verstoring geven van de hormonale balans, met alle gevolgen van dien.

Niet iedere verbetering is een vooruitgang!

(Eerder gepubliceerd in Blik op Zeewolde, okt. 2014).


2 reacties

Verminderde receptor gevoeligheid is bron van problemen.

Op veler verzoek nog even een samenvattend verhaal inzake de problemen als gevolg van verminderde receptor gevoeligheid.

Prof. (em) György Csaba heeft met zijn onderzoeksgroep in de achterliggende decennia overtuigend en gedetailleerd aangetoond dat er allerlei factoren zijn die leiden tot een verminderde gevoeligheid van hormoon- en neurotransmitter receptoren. En dat dit probleem zich niet automatisch herstelt.

De periode tijdens de zwangerschap en in de eerste maanden (tot een jaar) na de geboorte is een mens bijzonder gevoelig voor deze receptor modulatie. Dat wil concreet zeggen dat allerlei factoren tijdens die periode een veel grotere kans geven op blijvend verminderde gevoeligheid van bepaalde receptoren. Dat wil zeggen dat er, gezien de enorme toename van verstorende factoren in de afgelopen 20 jaar een toenemend aantal baby’s geboren worden met een verstoorde functie van bepaalde hormonen en/of neurotransmitters vanaf dag 1 van hun leven. Dit kan gebeuren door bijzondere factoren tijdens de zwangerschap of bevalling, denk aan sterke stress voor de moeder, gebruik van medicamenten, roken, weeënopwekkers (Oxytocine), etc. Maar Csaba heeft ook de term ‘Metabolic Imprinting’ en ‘Transgenerational Imprinting’ geïntroduceerd. Dit betekent dat een verstoring van de regelsystemen bij de ouders (moeder m.n.) een gelijksoortige verstoring kan veroorzaken bij het ongeboren kind, die NIET genetisch is. Doordat dit patroon in de generaties kan worden doorgegeven kan makkelijk gedacht worden dat er sprake is van een genetische (en dus onvermijdelijke) factor, maar dat is in die gevallen niet waar.

Inzake Oxytocine, ook wel het knuffelhormoon genoemd, heb ik inmiddels de ervaring dat een verstoring van de gevoeligheid van de Oxytocine receptoren niet alleen wordt veroorzaakt door toediening van synthetisch Oxytocine rond de bevalling of tijdens de periode van de borstvoeding. Ook gebrek aan liefde, geborgenheid en veiligheid in de vroege baby-periode kan een soortgelijk beeld oproepen. Het toedienen van synthetisch Oxytiocine (bv. in de vorm van een neusspray) om klachten te verminderen, zoals sommigen voorstaan is m.i. een volstrekt ongewenste gang van zaken omdat het de receptorgevoeligheid eerder verder zal doen afnemen, waardoor er een impliciete afhankelijkheid voor deze kunstmatige prikkel ontstaat. Goed voor de producent maar niet goed voor de cliënt/patiënt.

Een categorie verstorende factoren die zeer wijdverbreid zijn en veelal vergeten wordt zijn de plastic weekmakers. Vooral Bisphenol A  vormt een grote bedreiging voor de functie van de oestrogeen receptoren. Vooral bij zwangere vrouwen, zuigelingen en kinderen een erg belangrijke factor. Verbazingwekkend hoeveel mensen de hele dag water lopen te drinken uit plastic flesjes die weekmakers bevatten. Het Duitse lab Medivere diagnostics heeft een praktische bloedtest beschikbaar om de BPA belasting in het bloed vast te stellen.

Ook verstoring van de receptor gevoeligheid van diverse neurotransmitters komt veelvuldig voor. Talloze psychische, psychiatrische aandoeningen en klachten, maar ook leer- en gedragsstoornissen bij kinderen zijn terug te voeren op deze onderliggende problematiek. Het goed nieuws is dat bij een juiste behandeling deze receptoren te resetten zijn. Bijzonder effectief, maar niet simpel. Voorwaarde is dat er een gedetailleerde kennis is rondom het functioneren van het kind c.q. de volwassene en dat er een gedegen kennis is inzake de neurofysiologische achtergrond van de klachten. Alleen gedegen maatwerk kan hier oplossingen bieden.


Een reactie plaatsen

De gevolgen van de ‘plastic-revolutie’ in de geneeskunde

Het zal bij nadere beschouwing niemand ontgaan, het gebruik van glas in de geneeskunde is voor het grootste deel vervangen door allerlei plastics. Dat is niet zonder gevolgen. Gevolgen die de meeste mensen zich absoluut niet bewust zijn. Iemand die zich dat wel is en er ook een zeer boeiend boekje over heeft geschreven is Dr. Michel Odent (“Childbirth in the Age of Plastics”).

Zakken en slangen voor het geven van een infuus aan patiënten bestaan voor maar liefst voor 40-50% uit plastic-weekmakers, zoals de beruchte DEHP. Onderzoek heeft aangetoond dat een deel van deze uiterst schadelijke stoffen via de infuus vloeistof in het menselijk lichaam terecht komen. Deze groep van plastic-weekmakers hebben de verzamelnaam Ftalaten.

Onderzoek in Zuid-Korea heeft uitgewezen dat er een directe relatie is tussen de concentratie Ftalaten in de urine en het IQ van het betreffende kind.

Vanuit de CEASE-therapie weten we dat Ftalaten blokkades kunnen veroorzaken die verstrekkende gevolgen kunnen hebben voor het kind, en ongetwijfeld ook voor volwassenen. Hoe noodzakelijk een infuus ook kan zijn bij een patiënt die in het ziekenhuis verblijft, het verdient aanbeveling om vervolgens aandacht te besteden aan het elimineren van de schadelijke gevolgen van blootstelling aan deze voor het lichaam zeer schadelijke stoffen.


1 reactie

Het kind van de rekening.

In de vorige nieuwsbrief van CCG schreven we al over de introductie van een speciale haaranalyse. Je zou kunnen  zeggen dat deze haaranalyse een persoonlijk en actueel beeld geeft van de toestand van de stofwisseling en het neuro-hormonale systeem als gevolg van chronische stress. Het laat tegelijk zien wat een spontaan herstel in de weg staat, zelfs al zou alleen de stress-druk sterk afnemen. In de afgelopen periode is er een groeiend aantal analyses gemaakt van kinderen die bij CCG komen vanwege leer- en/of gedragsproblemen. Het is opmerkelijk om te zien dat 100% van de tot nog toe onderzochte kinderen met een diagnose binnen het spectrum AD(H)D / PDD-NOS / Asperger / Autisme zich in de ‘uitputtingsfase’ bevinden. Al deze kinderen blijken dus een fysiologische burnout te hebben. Een schokkende constatering. Dit betekent dat deze kinderen zelfs t.a.v. de normale dagelijkse dingen aan het ‘overleven’ zijn, figuurlijk continu op hun tenen lopen om het hoofd boven water te kunnen houden. Laat staan wat er gebeurd als er bijzondere dingen gebeuren. Geen wonder dat deze kinderen problemen hebben met hun gedrag. De jongste in deze onderzochte groep is 4 jaar.

Hoe komt een kind van 4 jaar, dat ook nog eens opgroeit in een liefdevol en harmonisch gezin, in een welvarend land, op zo’n jonge leeftijd al opgebrand is?

Dat zegt iets over de omvang van de totale stress-druk waarmee onze kinderen, soms al voor de geboorte, mee worden geconfronteerd. Stress die samenhangt met allerlei voortbrengselen van de ‘vooruitgang’. Gebruik van medicijnen van de moeder tijdens de zwangerschap of roken en/of alcoholgebruik, vaccinaties tijdens de zwangerschap (Mexicaanse griep) of de standaard kindervaccinaties (NB vanaf 2 maanden oud), vroegtijdig contact met extreme hoeveelheden onnatuurlijke stoffen in voeding (voedingsadditieven, ziekmakende hoeveelheden witte suiker, geraffineerde producten, koolhydraat overconsumptie, frisdranken, etc.) en gebruiksartikelen (Plastic-weekmakers in zuigflessen, en PET-flessen), de enorme toename van synthetische stoffen in het leefmilieu, milieuvervuiling, etc.

En zo wordt het kind letterlijk ‘het kind van de rekening’ van de vooruitgang. Het is maar wat je ‘vooruitgang’ noemt.

Er is nog hoop voor de jonge generatie omdat in de meeste gevallen de schade nog te herstellen is. Het alleen maar uitdelen van passende etiketten, het toekennen van ‘rugzakjes’, het opleiden van gespecialiseerde onderwijskrachten en opvoeders, zónder dat er op oorzakelijk niveau wordt ingegrepen is een verspilling van energie en kosten en is goed beschouwd niet in het belang van het kind.


1 reactie

Pilotstudie toont aan: Prenatale blootstelling aan plastic weekmakers leidt tot minder mannelijke spelletjes bij jongens.

Een studie, uitgevoerd onder 145 kleuters, geeft aan dat wanneer de concentraties van twee algemeen voorkomende ftalaten (=plasticweekmakers) in de prenatale urine van de moeder verhoogd waren, hun zonen minder geneigd waren tot spelen met typisch jongensachtig speelgoed en spelletjes, zoals spelen met vrachtwagens en vechten.

Deze studie is uitgevoerd door het University of Rochester Medical Centre en gepubliceerd in The International Journal of Andrology.

Omdat testosteron het mannelijke brein produceert, zijn onderzoekers bezorgd dat foetale blootstelling aan anti-androgenen, zoals ftalaten – die alomtegenwoordig zijn in onze leefomgeving – het potentieel hebben om mannelijke ontwikkeling van de hersenen te veranderen, zegt hoofdauteur H. Shanna Swan, Ph.D., hoogleraar Verloskunde en Gynaecologie, directeur van het Centrum voor Reproductieve URMC Epidemiologie, en een expert in ftalaten.

“Onze resultaten moeten worden bevestigd, maar zijn intrigerende op meerdere fronten,” zei Swan. “Niet alleen zijn ze in overeenstemming met onze eerdere bevindingen die aangeven dat ftalaten tot veranderde mannelijke genitale ontwikkeling leiden, maar zij zijn ook compatibel met de huidige kennis over hoe hormonen sekseverschillen in de hersenen vorm geven, en daarmee gedrag. Er zal meer studie gedaan moeten worden, maar de gevolgen zijn potentieel verregaand.”

Ftalaten zijn chemische stoffen die worden gebruikt om kunststoffen te verzachten. Recente studies hebben aangetoond dat de belangrijkste bron van menselijke blootstelling aan de twee meest zorgwekkende ftalaten (DEHP, DBP) via de voeding is. Deze ftalaten worden hoofdzakelijk gebruikt in polyvinylchloride (PVC), zodat alle stappen in de verwerking, verpakking, opslag of verwarming van levensmiddelen die gebruik maken van PVC-bevattende producten ze kunnen introduceren in de voedselketen.

Ftalaten zijn chemische stoffen die worden gebruikt om kunststoffen te verzachten. Recente studies hebben aangetoond dat de belangrijkste bron van menselijke blootstelling aan de twee meest zorgwekkende ftalaten (DEHP, DBP) via de voeding is. Deze ftalaten worden hoofdzakelijk gebruikt in polyvinylchloride (PVC), zodat alle stappen in de verwerking, verpakking, opslag of verwarming van levensmiddelen die gebruik maken van PVC-bevattende producten ze kunnen introduceren in de voedselketen.

In studie  van Swan, werden hogere concentraties van de metabolieten van twee ftalaten, di (2-ethylhexyl) ftalaat (DEHP), en dibutylftalaat (DBP), geassocieerd met minder man-typische gedrag in het spelen bij jongens, gemeten met een standaard vragenlijst. Geen andere ftalaat metabolieten die waren gemeten in-utero waren gekoppeld aan het minder mannelijk gedrag. Spelgedrag bij meisjes werd niet geassocieerd met ftalaten niveaus in hun moeders urine, concludeerde de studie.

Swan’s hypothese luidt dat ftalaten foetale testosteron productie kunnen verlagen tijdens een kritieke fase in de ontwikkeling – ergens tussen de 8 tot 24 weken zwangerschap, wanneer de testikels beginnen te functioneren – hetgeen tot een wijziging van de seksuele differentiatie van de hersenen kan leiden.

Eerdere studies van Swan en anderen hebben aangetoond dat blootstelling aan ftalaten tijdens de zwangerschap de ontwikkeling van de geslachtsdelen van zowel mannelijke knaagdieren en baby jongens zou kunnen beïnvloeden. Wetenschappers noemen dit cluster van genitale veranderingen als de “ftalaat syndroom” en onderzoek aan knaagdieren pups, suggereert dat het syndroom nadelige gevolgen kan hebben voor later seksuele ontwikkeling.

Als stoffen die de hormoonhuishouding ontregelen, zoals ftalaten genitale ontwikkeling en de hormoon niveaus in het lichaam kunnen aantasten, zoals deze studie heeft aangetoond, dan is diepgaand onderzoek over hoe deze chemische stoffen het effect van de hersenen beïnvloeden gerechtvaardigd.

Voor bepaling of er bij uw kind sprake is van een verstoring als gevolg van plastic weekmakers is er in de homeopathie een methode beschikbaar. Met deze zelfde methode kunnen de schadelijke effecten van het gebruik van plastic weekmakers als regel worden opgelost.