Terecht wordt er in het ND van zaterdag 17/9 ruimschoots aandacht gegeven aan de fraude in de wetenschap. De aanleiding is de recent ontdekte escapades van de sociaal psycholoog Diederik Stapel. Wetenschap heeft de pretentie dat er wordt gewerkt aan waarheidsvinding en dat is een uiterst serieuze zaak. Niet in de laatste plaats vanwege de enorme impact op het leven van alle dag die wetenschappelijke ontwikkelingen hebben.
Toch is het probleem van fraude in de wetenschap veel omvangrijker dan het artikel doet vermoeden. Het tijdschrift Medisch Dossier besteedt in het mei-nummer van dit jaar uitgebreid aandacht aan de wel zeer omvangrijke en structurele fraude die de reguliere geneeskunde overeind houdt.
Bryan Hubbard schrijft daar: “De geneeskunde beroept zich op het feit dat het en evidence-based (‘geneeskunde op basis van bewijs’) vak is, maar de meeste onderzoeken waarop artsen hun therapie baseren, zijn door marketingafdelingen opgezet. Ongeveer 90.000 zogenaamde ‘wetenschappelijke’ klinische onderzoeken naar geneesmiddelen, gepubliceerd in de afgelopen tien jaar in de literatuur, zijn niets anders geweest dan pr-activiteiten vermomd als onderzoek. Deze bedriegerspraktijken steken de draak met het hele idee dat geneeskunde ‘wetenschappelijk’ is.”
En ook hier hebben we het over publicaties in zogenaamde peer-reviewed (collegiale toetsing) tijdschriften.
Dit maakt op een schokkende wijze duidelijk hoe groot de verziekende invloed is van de farmaceutische industrie op de hedendaagse geneeskunde. Ook hier zien we een tragische manifestatie van de invloed van het grote geld, ook in de wetenschap. Evenals de noodzaak op een grondige herbezinning op ethische grondslagen binnen de economische structuren van onze moderne wereld, zou een zelfde bezinning nodig zijn binnen geneeskunde en wetenschap.