Just another WordPress.com weblog


Een reactie plaatsen

Hoe veilig is het Baarmoederhalskanker vaccin nu echt?

Het is opvallend dat in de Nederlandse pers regelmatig deskundigen en vertegenwoordigers van een instituut als het RIVM aan het woord komen die bagatelliserend spreken over de ‘vermeende bijwerkingen’ van het vaccin. Hiermee proberen ze de enorme twijfels die bij veel mensen bestaan over de veiligheid van het vaccin weg te nemen. Ten slotte wordt de campagne met slechts 60% dekkingsgraad als ‘niet geslaagd’ beschouwd. Hoewel er twee vaccins in omloop zijn, Gardasil (VS) en Cervarix (NL) is er geen enkele reden om aan te nemen dat Cervarix veiliger is dan Gardasil.

Hoe zijn de feiten, of anders gezegd, de ‘vermeende bijwerkingen”? Ik citeer de doorgaans uitstekend geïnformeerde en gedocumenteerde Engelse wetenschapsjournaliste Lynne McTaggert in Medisch Dossier:

Hoe effectief is het vaccin?
Bij een klinisch onderzoek voorafgaand aan de lancering, uitgevoerd door de Dartmouth Medical School in New Hampshire en gesponsord door GlaxoSmithKline, werd beweerd dat het HPV-vaccin 100 procent effectief een hardnekkige HPV-infectie van de types 16 en 18 kan stoppen. Maar de hele trial had maar twee jaar en drie maanden geduurd. De resultaten van langere onderzoeken (gemiddeld drie jaar) werden pas gepubliceerd toen het vaccin al was toegelaten. Deze trials heten de FUTURE I en II: Females United To Unilaterally Reduce Endo-ectocervical Disease. Ze werden tegelijk gepubliceerd in het New England Journal of Medicine van 10 mei 2007.
Uit FUTURE I bleek dat de effectiviteit slechts 20 procent was, voornamelijk in stadium CIN1, het stadium dat gewoonlijk uit zichzelf overgaat. In FUTURE II waren vier placebogecontroleerde onderzoeken gedaan met in totaal 20.583 vrouwen die het vaccin hadden gekregen tegen vier HPV-stammen, tegen twee stammen of een placebo. Hoewel het onderzoek meldde dat het vaccin in 99 procent van de gevallen werkte, werd het aantal keren dat de stadia 2 en 3 en het stadium van baarmoederhalskanker voorkwamen, slechts met 18 procent teruggedrongen. In FUTURE II werd zelfs vrijwel geen bewijs gevonden dat het vaccin een substantiële bescherming bood tegen CIN3: het stadium met de meeste kans dat het doorgroeit tot kanker. Het vaccin voorkomt alleen een klein percentage van de afwijkingen in stadium CIN2, die maar voor 5 procent van de gevallen van kwaadaardige kanker verantwoordelijk zijn. Bij nog een onderzoek, waaraan meer centra deelnamen, het HPV PATRICIA (Papilloma Trial against Cancer in Young Adults), was de werkzaamheid niet significant tegen HPV-1811.
Wanneer deze gegevens bekend zijn, is het van belang even goed te rekenen. Als het vaccin alleen met succes die afwijkingen voorkomt die maar voor 5 procent van de gevallen van kanker verantwoordelijk zijn, en er zijn per jaar 11.020 ziektegevallen en 3177 sterfgevallen, voorkomt het vaccin op z’n best 553,5 ziektegevallen en 159 sterfgevallen per jaar in Amerika. Die winst weegt bij lange na niet op tegen de ‘verliezen’ bij jonge meisjes. Van hen krijgen er namelijk minstens 4500 ernstige bijwerkingen waaronder tien met dodelijke afloop.

Misschien beschouwen de officials en de commerciële jongens achter de schermen het als een ‘niet geslaagde’ campagne, het is feitelijk een mijlpaal in de Nederlandse geschiedenis. Nog nimmer gaf de Nederlandse bevolking blijk van een zo massaal groeiend besef van verantwoordelijkheid en kritisch denkvermogen waar het regulier medisch handelen betreft. Een opmerkelijke daad van zelfbewustzijn, een hoopvol teken voor de toekomst.