Vrouw van 53 jaar met “uterus myomatosus’ (vleesbomen in de baarmoeder) lijdt gedurende een vakantie in een warm land aan ernstige bloedingen. Ze stelt het bezoek aan een arts nog uit tot de thuiskomst ondanks dat ze zich heftig ongerust maakt over de ernst van het bloedverlies en de snel afnemende conditie. Ze is doodmoe en kan het ene been nauwelijks voor de andere krijgen. Als ze thuiskomst wijst een bloedonderzoek van de huisarts uit dat er sprake is van een ernstige bloedarmoede (Hb van 3). Aanvankelijk gaat ze aan de staalpillen van de huisarts, maar deze veroorzaken flinke darmklachten.
Eerst hebben we het vloeien behandeld met het homeopathische middel Ustilago, een zeer belangrijk bloedingsmiddel voor vrouwen. Al in de eerste week nam het vloeien sterk af en geleidelijk aan is het gestopt. Vanwege het schadelijke effect van de conventionele ijzerpreparaten op de darm (is vrijwel altijd het geval) adviseer ik haar over te stappen op een organisch ijzerpreparaat in combinatie met vitamine C en een Schüsslerzout (Ferrum-phosphoricum). We zijn inmiddels op 22 september aangekomen. Ze verdraagt de nieuwe behandeling voor de extreme bloedarmoede uitstekend. Circa 3,5 week later is haar Hb gestegen tot 8,3! De assistente van de huisarts meldt het opmerkelijke bericht telefonisch en verteld dat ze stomverbaasd zijn over deze enorm snelle stijging.
Er is nog een interessant detail aan deze casus, die ik u niet wil onthouden. Bij de bloedafname heeft de huisarts ook het TSH geprikt. TSH (Thyreoïd stimulerend hormoon) is een hypofysehormoon dat de schildklier moet aanzetten tot activiteit. De TSH waarde wordt in de reguliere geneeskunde als dé maat gezien voor schildklieractiviteit, hoewel daar veel op is af te dingen. Haar TSH waarde was 12,1 (volgens het artsenlab moet die waarde liggen tussen de 0,4 en 4,0). De huisarts meldt vervolgens dat er dus naast de bloedarmoede sprake is van een flinke onderfunctie (=té trage werking) van de schildklier. Ze moet direct aan de Thyrax, wat ze evenwel na overleg met mij weigert. Het geval wil namelijk dat deze vrouw een veel te laag Jodiumdepot (zie elders in de blog) heeft en daarvoor een Jodiumpreparaat slikt. TSH is behalve voor het activeren van de schildklier ook verantwoordelijk voor het produceren van Jodiumtransporteiwitten. Wanneer er extra Jodium wordt ingenomen zijn er meer transporteiwitten nodig en zal de TSH waarde om die reden stijgen. Deze stijging zegt derhalve niets over de schildklier in dit soort gevallen. De huisarts bleek niet ontvankelijk voor deze toelichting en hield voet bij stuk. De kwestie was niet bespreekbaar. Mijn patiënte besluit echter geen Thyrax te nemen. Ik heb haar geadviseerd, om verdere escalatie te voorkomen, om tijdelijk dan maar even te stoppen met de inname van het Jodiumpreparaat. Bij de laatste bloedmeting is er opnieuw naar de TSH waarde gekeken, deze was volledig genormaliseerd. Een mooie illustratie dat protocolair denken louter op basis van bloeduitslagen en zónder begrip van de achterliggende processen tot medische missers kan leiden. Zonder ingrijpen zou deze vrouw ten onrechte levenslang aan de Thyrax zijn gegaan.